Tot 1918 bleef het gebied van de latere Slachthuisbuurt nagenoeg
onbebouwd. Zo’n tien jaar later stond er een complete woonbuurt.
Door Ellen de Jong.
Dit als gevolg van een systematische stadsuitbreiding om te voorzien in woningen
voor de nog steeds groeiende arbeidersbevolking. Een onderzoek naar de
Sociale Structuur van Haarlem uit 1961 wijst uit dat het vooral de ‘betere’
arbeiders waren die in de Slachthuisbuurt kwamen. Basis voor de uitbreiding vormde een herziening uit 1916 van Dumonts algemene uitbreidingsplan voor Haarlem uit 1905. In het plan van 1905 ontwikkelde Dumont de buurt volgens een stervormig stratenpatroon. In het plan van 1916 wijzigde hij dat idee onder invloed van buitenlandse, vooral Duitse ontwerpers. De Slachthuisbuurt is een product van de Woningwet en van de actieve invulling die de overheid daar na de eerste wereldoorlog aan gaf. Vrijwel alle woningen werden door woningbouwvereningen gebouwd. De kwaliteit van de architectuur en woningen kregen duidelijk meer aandacht dan bij de vooroorlogse bouw in het Amsterdamsch Kwartier. De Slachthuisbuurt is gebouwd in een tijd waarin de tuinstadgedachte erg
leefde. Niettemin verraadt de buurt weinig aandacht voor openbaar groen. Uit economische overwegingen bleef dit voornamelijk beperkt tot enkele stroken rond het slachthuis, de bermen langs de Zomervaart enSlachthuisbuurt.